Nieuwsmindfulness

Mindfulness-consumenten weten echt wel wat ze doen

By januari 14, 2020 No Comments
Lifestyle Ja, mindfulness is maatschappelijke symptoombestrijding, maar het is niet inconsequent om er zelf toch aan te doen, schrijft . Om de zoveel tijd laait de kritiek op mindfulness weer op. De belangrijkste argumenten: stress en burn-outs zijn een maatschappelijk probleem en dat moeten we niet bij de werknemers leggen door hun cursussen meditatie aan te bieden. Mindfulness is dus symptoombestrijding.

Ten tweede: mindfulness is inmiddels big business waar alleen al in de VS zo’n 1,2 miljard dollar in omgaat. Bedrijven maken winst op de stress van individuen – dat is onacceptabel. Ten derde: de meeste cursussen of meditatie-apps zoals Headspace of Buddhify bieden helemaal geen échte mindfulness, Ze zijn individualistisch en resultaat-gericht, wat geen recht doet aan de oorspronkelijke, complexe, boeddhistische leer. Mindfulness is zo geworden tot „een banale vorm van kapitalistische spiritualiteit die sociale en politieke verandering belemmert”, schreef Ronald Purser in zijn boek McMindfulness (NRC, 20/12).

Weinig begrip

Allemaal waar. Maar het toont ook weinig begrip voor personen die mindfulness ‘consumeren’. Wat vinden mindfulness-critici precies van, zeg, Headspace-gebruikers? Dat zij zelf niet doorhebben dat het een maatschappelijk probleem is, dat ze niet weten dat ze de kas van grote beursgenoteerde multinationals spekken, of dat ze geen recht doen aan de oorspronkelijke boeddhistische leer? Natuurlijk niet. Mindfulness-consumenten zijn niet dom.

Bovendien: de maatschappijkritiek is terecht – we werken te hard en mindfulness is een doekje voor het bloeden – maar kan een vervelend, onliberaal tintje krijgen. Bijvoorbeeld als je tegelijkertijd krijgt te horen wat je moet doen om (echt) gelukkig te worden of hoe je (niet) met stress om moet gaan. Laat ieder dat lekker zelf uitmaken. Niemand zegt dat iedereen aan de Headspace moet.

Bij bredere maatschappelijke problemen kun je vaak twee dingen doen: de barricade op óf strategisch handelen en je eigen hachje redden. Met andere woorden: ofwel mindfulness afbranden ofwel een cursusje mindfulness volgen om de kans te verkleinen dat je zélf een burn-out krijgt. Deze twee opties zie je vaker. Neem wetenschapsfinanciering: (geestes)wetenschappers kunnen bijvoorbeeld de nationale wetenschapsagenda afbranden hetzij proberen zelf een plek aan tafel te bemachtigen om te kunnen meebeslissen en -sturen.

Ratrace

De denkfout is dat je in dit soort situaties niet allebei kunt doen. Maar daar is niets incoherents aan. Je kunt én inzien dat de stijging van stress en het aantal burn-outs en depressies een maatschappelijk probleem is waar iets aan gedaan moet worden. En je kunt tegelijkertijd proberen te doen wat je kunt doen om de effecten daarvan voor jezelf zo veel mogelijk te beperken.

Is het soms onbevredigend om na tien minuten aandachtig ademhalen weer de ratrace in te hollen? Ja. Maar voor veel mensen, ook voor mij, maakt mindfulness wel degelijk een verschil in hoe ik mij tot mijn werk en persoonlijke leven kan verhouden. Als ik dan een kapitalistische mindfulness-consument ben die Boeddha niet echt heeft begrepen, so be it. Wie weet kan ik ooit zonder coaches, apps, en heeft het mijn nieuwsgierigheid geprikkeld om te achterhalen waar ‘non-kapitalistisch boeddhisme’ nu eigenlijk om draait.

Bron: NRC, 13 januari 2020, Fleur Jongepier.

Bots BodyWorks

Author Bots BodyWorks

More posts by Bots BodyWorks