Wat doen vitale ouderen (65+) met tijd en werk?
Dankzij betere zorg leven we steeds langer; binnenkort langer dan een eeuw. Rudi Westendorp,directeur Leyden Academy on Vitality and Ageing,vindt dat een vrolijk vooruitzicht. ‘Laat ouderen iets nuttigs doen met die extra tijd.’
Rudi Westendorp vindt het niet erg om in allerlei serieuze en minder serieuze media te figureren als de ‘eeuwig levenprof’. Hij is oprichter van het kenniscentrum Leyden Academy on Vitality and Ageing en hoogleraar ouderengeneeskunde aan het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
De pasgeborenen van nu zullen gemiddeld 100 worden, en hun kleinkinderen 120, zegt Westendorp. In het kenniscentrum doet hij onder andere onderzoek naar lang leven en gezond oud worden. Achterliggend idee: ouderdom is niet meer dan een verzameling ziekteverschijnselen die te genezen zijn. Hoe meer ziekten we kunnen genezen, hoe langer we leven. Het proces van ouder worden is al in de 19de eeuw ingezet, en de levensverwachting is sinds die tijd elk decennium drie jaar gestegen. Er is geen reden om aan te nemen, aldus Westendorp, dat er aan die trend een einde zal komen. Integendeel, het zal alleen maar sneller gaan, dankzij de voortschrijdende medische technieken: organen kunnen in de toekomst worden vervangen door op biopapier geprinte kunstorganen, en met lichaamseigen stamcellen kunnen weefsels worden hersteld die tot voor kort onherstelbaar beschadigd zouden zijn.
Uw boodschap trekt veel aandacht.
‘Maar het is de realiteit. Ik ben momenteel nog een beetje een roepende in de woestijn. Dat is ook niet zo gek, omdat ouderdom nu eenmaal niet populair is. Het klinkt misschien raar, maar van nature zijn we niet gemaakt om van oude mensen te houden. Dat zit biologisch niet bij ons ingebakken. Ook onze cultuur ontmoedigt het streven om oud te worden.
Voor een meisje van zes met een zeldzame vorm van leukemie zamelt Nederland onmiddellijk 6 miljoen euro in. Een 70-jarige zou geen cent bij elkaar krijgen. Oud worden an sich is niet nieuw, wel de massaliteit ervan. Tweederde van alle 65-plussers die ooit geleefd hebben, leeft nu. In een stad als Bangkok zie je op straat overal kinderen. In Nederland zie je overal ouderen. Dat maakt ze er niet populairder op.’
Enerzijds schetst u de gestegen levensverwachting als een onontkoombare opgave, anderzijds probeert u die zelf met onderzoek op te rekken.
‘Wat is daar gek aan? Als iemand mij vraagt hoe oud ik wil worden en ik zeg ‘100’, dan vinden ze me een rare vent. Veel simpeler is de vraag of je op je 85ste gezond of ziek wil zijn. Wie het eerste kiest, moet accepteren dat hij pas rond z’n 100ste dood gaat. Ik heb een 84-jarige kennis die cello speelt, voor zijn kleinkinderen zorgt en een Renault Cargo voor de deur heeft. Als hij ziek is, gaat hij gewoon naar de dokter, want morgen wil hij weer cello spelen.’
Lacherige reacties en scepsis vallen hem ten deel wanneer Westendorp zijn
toekomstvisioen van montere 100-plussers schetst. Wanneer duidelijk wordt dat hij bloedserieus is, krijgt hij soms ook kritiek. Geld voor onderzoek om veroudering te voorkomen kan beter besteed worden aan de bestrijding van dementie en andere ziekten, vinden andere wetenschappers.
Als we ouder worden, komen er meer chronische ouderdomsproblemen, zoals dementie. ‘Vroeger gingen we dood aan tuberculose. Al die sanatoria van toen zijn tegenwoordig congrescentra. Niet lang geleden bezweken tal van veertigers en vijftigers aan de plotselinge hartdood; dat is een zeldzaamheid geworden. Waarom zou er voor dementie uiteindelijk niet ook een oplossing zijn?’
U vecht tegen in calvinisme geworteld denken over ouderdom?
‘Waarom zou 85 jaar niet genoeg zijn, is het heersende gevoel. Levensverlenging geeft discussies, mensen vragen zich af of het wel ethisch is; ‘moet je dat wel willen’. Maar als je tegen een 75-jarige zegt dat hij over tien jaar dood is, gaat hij somber kijken. Het zijn schuivende panelen. Daarnaast heb je het politieke sentiment, dat negatief is. De beeldvorming in de media is heel negatief. Jong is in, oud is uit. Dat zijn perverse prikkels.’
Volgens u is ons beeld van de huidige generatie ouderen te pessimistisch.
‘Van alle 85-jarigen woont 85 procent thuis. Ze geven de kwaliteit van hun leven een acht. Dat is misschien niet wat je vaak om je heen hoort, maar het zijn wel de feiten. Ik zou zeggen: ga eens met een oudere praten. Sommigen zullen minder tevreden zijn, maar er zijn er dus ook die hun leven een 10 geven. Wat doen we onszelf aan met die verkeerde beeldvorming? Vanaf ons 40ste beginnen we op te zien tegen de ouderdom. Dat is toch ontzettend jammer?’
Hoe moeten we onze toekomstige levensloop zien? Komt er een fase bij, tussen middelbaar en oud?
‘De derde, oudere generatie heeft er eigenlijk twintig jaar bij gekregen. Ooit was je pensioenleeftijd ongeveer het einde van je leven. In de tijd van Bismarck, die de pensioenleeftijd als eerste heeft ingevoerd, waren er bijna geen 65-jarigen. Ik word overigens wel in toenemende mate kribbig van de houding van ouderen zelf. Zij zijn als eerste verantwoordelijk voor een zinvolle invulling van die extra jaren.
Het is aan het individu om daar iets mee te doen. Mijn oma kondigde op haar 65ste aan dat ze het rustiger aan ging doen, maar ze werd 99. Ze heeft zichzelf drie keer opnieuw moeten uitvinden.’
Hoe kan de zorg toegerust zijn op al die extra stokouderen, terwijl we grote personeelstekorten verwachten?
‘Er komt een plotselinge toename van 65-plussers, maar het aantal ouderen dijt niet oneindig uit. Na 2025 zijn we over het demografische hoogtepunt heen.’
U zegt: We moeten af van de geprofessionaliseerde zorgbehoefte. Meer mantelzorg?
‘Ik wil verder gaan: laten we eens kijken bij de steeds gezondere ouderen, daar zijn zoveel manjaren te vinden. Vrijwilligersorganisatie De Zonnebloem heeft uitgerekend dat oudere vrijwilligers dit jaar miljarden uren aan gratis mantelzorg verleend hebben. Waarom maken we daar geen normaal betaalde banen van? Dan voorzien ouderen langer in hun eigen inkomen en hebben ze minder pensioen nodig.’
Heeft u het debat over de pensioenen tandenknarsend gadegeslagen?
‘Zeker. Het is niet zo dat je met 65 jaar het recht hebt om vermaakt en verzorgd te worden.Voor het oprekken van de pensioenleeftijd is alle reden, nu we gemiddeld steeds gezonder oud worden. Misschien ga je in deeltijd werken, of maak je andere keuzes. Het is waanzin om te werken tot de wet er op je 65ste een einde aan maakt.
Pats, boem. Een archaïsch instrument.
Die stereotiepe beelden van totaal afgeleefde arbeidzame mensen kloppen allang niet meer. Had dat debat dertig jaar geleden gevoerd.’